De staat van het onderwijs in Peru

PISA in Peru
De schoolprestaties van de Peruaanse jeugd lijken licht te stijgen alhoewel zij nog steeds erg mager zijn. Peru moet echter van ver komen. In het mondiaal vergelijkend onderzoek in de afgelopen decennia bevond Peru zich steeds in de kring van slechtst presterende landen. Dat is nu nog zo, maar uit de licht stijgende lijn putten de onderwijsautoriteiten enige hoop. Het onderwijsbeleid krijgt de laatste jaren in ieder geval veel aandacht. De projecten van HoPe profiteren daarvan en stimuleren de positieve ontwikkelingen.

PISA 2018
Eind vorig jaar werden de resultaten van PISA 2018 gepubliceerd. PISA staat voor Programme for International Student Assessment en impliceert een wereldwijd driejarig onderzoek naar het niveau van kennis en vaardigheden van 15-jarigen in 79 landen. Het is de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) die het onderzoek organiseert. De vaardigheden van de leerlingen worden onderzocht op de gebieden wiskunde, lezen en natuurwetenschappen.

In Nederland zorgden de resultaten voor de nodige ophef omdat het niveau in vergelijking met 2015 aanzienlijk achteruit is gekacheld. De gemiddelde score vertoont in 2018 een significante daling ten opzichte van 2015. Nederlandse leerlingen nemen in 2018 de 26e plaats in op de OESO ranglijst; dit is 11 plaatsen lager dan in 2015.

Situatie in Peru: een kleine stap voorwaarts
Hier richten we de aandacht op Peru, omdat HoPe in de regio Cusco een erkende instelling is bij de verbetering van de kwaliteit van het onderwijs.
Binnen het geheel van 79 deelnemende landen staat Peru op plaats 64. Wel kan worden gezegd dat Peru tot de 7 landen behoort die in de afgelopen periode gemiddeld vooruitgang wisten te boeken. De Minister van Onderwijs, Flor Pablo, verklaarde: “Hoewel er sprake is van enige verbetering, moeten we er hard aan werken dat we binnenkort niet langer tot de 50% van minst presterende landen behoren.”

Het was haar natuurlijk ook opgevallen dat de PISA-resultaten een sterk verband laten zien tussen armoede en schoolprestaties. Jongeren in extreme armoede, de doelgroep van HoPe, presteren aanzienlijk slechter op school dan hun leeftijdgenoten in betere omstandigheden. Dat is begrijpelijk. Bij armoede staat de behoefte om te overleven op de eerste plaats en valt er weinig educatieve ondersteuning van ouders te verwachten. Bovendien is er thuis geen ruimte om huiswerk te maken en ontbreekt de computer om schoolopdrachten uit te voeren. Op kleinere schaal zien wij dat huiswerkondersteuning in de biblioteca van HoPe in Cusco tot aanzienlijke verbetering van de schoolprestaties leiden.

Een algemeen probleem in het Peruaanse onderwijs is dat de leerkrachten veelal slecht zijn opgeleid. Ook ontbreekt er vaak nog samenhang tussen de schoolklassen en de schooltypen. De minister heeft dat ook vastgesteld.

Als we de minister mogen geloven is er in Peru een klimaat ontstaan waarin de aandacht voor het onderwijs van overheidszijde groeit. Het HoPe-team heeft dat ook kunnen constateren. Het heeft de afgelopen tijd op verschillende manieren officiële erkenning van de overheid gekregen. De medewerkers van HoPe raken daardoor extra gemotiveerd om nog een aantal stappen te zetten op het gebied van bijscholing van de leerkrachten en het helpen ontwikkelen van schoolwerkplannen.

Maarten Elling

anbi

...en druk enter
...en druk enter